5 tips voor de lekkerste foodfoto’s

Het allerleukste van iets maken, naast het opeten natuurlijk, is jouw baksel vastleggen op de gevoelige plaat. Maar vergis je niet! Dit is lastiger dan gedacht. Foto’s in kookboeken zien er altijd uit om je vingers bij af te likken, maar hoe doen zij dat toch? Wij hebben een vijftal tips geselecteerd, zodat jij jouw foodfoto nog mooier kunt maken.  

Tip 1: het begint bij het snij- en bakwerk

Om een perfect plaatje te schieten moet de basis goed zijn. Het allerbelangrijkste is natuurlijk dat jouw baksel er goed uitziet. Dus start je bij het begin; het snij- en bakwerk. Als je slordig te werk gaat in de keuken, wordt de foto ook geen praaltje. Dat wil overigens niet zeggen dat je alles in de keuken netjes moet houden, maar zorg dat je van tevoren een idee hebt van de presentatie. Als je dat voor ogen hebt, kun je daar ook de opmaak op aanpassen. Kortom: ga je voor strak en clean? Dan moet jouw baksel dat ook zijn. Geen uit de maat ‘lopende’ slagroomtoefjes of scheve toppings. Kies je bijvoorbeeld voor een volledig biologisch baksel? Dan mag de uitstraling daar ook naar zijn.

Tip 2: kies voor natuurlijk licht

Een veel voorkomende fout bij het fotograferen van gebak, is de timing. Om precies te zijn: het tijdstip van het maken van de foto’s. Voor een optimaal resultaat is het uiterst belangrijk dat je gebruik maakt van de juiste lichtinval. Als het schemerig is buiten, kun je beter niet gaan fotograferen. Zelfs de meest ervaren foodfotograaf heeft moeite met schemerlicht. Kortom: schiet de foto’s overdag. Het is ideaal als je beschikt over een eigen (mini) fotostudio, maar anders kun je er ook voor kiezen om de foto’s buiten te maken. Ja, ook als het hartje winter is. Let wel op met de zon – tenzij je goed met Photoshop bent – die zorgt er namelijk voor dat je al snel schaduw ziet op de foto.

Tip 3: het zit ‘m in de details

Tijdens het snij- en bakwerk heb je een stijlkeuze gemaakt. Bij het creëren van de juiste setting is het belangrijk dat je deze stijl doortrekt. Zorg ervoor dat je het al grotendeels klaarzet voordat je baksel klaar is. Het zou namelijk zonde zijn als de taart bijvoorbeeld inzakt of uitloopt, omdat jij nog een heel decor moet bouwen. Leuk als je naast een matchende ondergrond nog gebruik maakt van bijpassende accessoires. Kijk wat je allemaal in de kast kunt vinden om de mooiste opstelling te creëren. Probeer naast de styling ook op de details te letten. Een mooi gevouwen servet en schoon bestek of glazen. Het zijn die kleine dingen die straks opvallen als je langer naar een foto kijkt. Let wel op met hoogglans servies, dit kan namelijk weerspiegelen op de foto!

Tip 4: positionering

Hoe positioneer je nu jouw praaltje? Vaak wordt er gefotografeerd onder een hoek van zo’n 45 graden. Ongeveer zoals je zelf op het bord kijkt als je aan het eten bent. Houd dit aan of kies voor een iets lager standpunt. Hiermee kun je namelijk goed laten zien hoe hoog of diep het gebak is. Dit geeft een realistisch beeld. Daarnaast is het belangrijk dat je het baksel in het midden van het frame plaatst. Zorg ervoor dat jouw fototoestel op een statief staat, mocht je iets moeten aanpassen aan de setting, dan blijven de instellingen in elk geval hetzelfde.

Tip 5: vergeet je lens niet op te poetsen!

En tot slot: vergeet niet je lens even schoon te vegen als je begint! Het is een cliché, maar wordt nog vaak vergeten. Toch zonde als jouw taart of cake al aangesneden is en je erachter komt dat er stof op de lens zat.